Spaargeld in een kluis wordt door inflatie steeds minder waard. Dat betekent dat je voor hetzelfde geld minder kan kopen. Met beleggen probeer je je geld juist meer waard te laten worden. Het is een vorm van investeren waarmee je mogelijk meer rendement krijgt dan de inflatie. Wil je beleggen? Dan kan je dit zelf doen, of het uit handen geven. Bedenk wel dat beleggen risicovol is. Gaat het fout? Dan verlies je geld.
De kans is groot dat er op dit moment al voor je wordt belegd. Dat gebeurt vaak zonder dat je zelf in de gaten hebt. Heb je bijvoorbeeld een pensioenregeling via je werkgever? Dan wordt je maandelijkse inleg beheerd door je pensieonuitvoerder.
Je kan zelf beleggen door bijvoorbeeld aandelen of obligaties te kopen, en die vervolgens weer tegen een hogere prijs te verkopen. De waarde van die producten wordt bepaald door vraag een aanbod. Is er veel vraag? Dan gaat de prijs omhoog. Bij weinig vraag daalt de prijs juist. Is de waarde van je beleggingen hoger dan toen je ze kocht? Dan maak je winst. Dit wordt ook wel rendement genoemd. Bij beleggen kan rendement uit twee delen bestaan:
Je kan op verschillende manieren beleggen. Denk aan de volgende categorieën:
Bij elke categorie hoort een ander gemiddeld risico en rendement. Bij aandelen loop je bijvoorbeeld veel meer risico dan bij obligaties. Maar tegelijkertijd heb je ook meer kans op een hoger rendement. Bij obligaties is het juist tegenovergesteld. Het risico dat je loopt is gemiddeld lager, maar je rendement meestal ook. Je kan beleggen per categorie, maar ook via een modelportefeuille of beleggingsfonds.
Sommige mensen vinden beleggen (te) ingewikkeld en risicovol. Je kan natuurlijk (een deel van) je inleg verliezen. Maar beleggen kan je ook meer opleveren dan wanneer je spaart. Het is belangrijk om eerst na te denken over je beleggingsdoel. En hoeveel risico je hiervoor wil en kan nemen. Dit leg je vast in een risicoprofiel. Als je vooraf zo’n profiel opstelt, beperk je de risico’s die je niet wil of kan nemen. Je risicoprofiel kan variëren van zeer voorzichtig (defensief) tot zeer risicovol (offensief). Door een paar vragen te beantwoorden, ontdek je welk profiel het beste bij je past. Denk aan vragen over je:
Ben je bereid om meer risico te lopen, waardoor de kans op een hoger rendement groter is? En kan je het financieel aan als je een groot deel van je inleg verliest? Als je deze vragen met ‘ja’ kan beantwoorden, kom je sneller uit op een offensief risicoprofiel.
Wil je beleggen om meer inkomen voor later op te bouwen? Dan wil je dit beleggingsdoel ook graag behalen. Het is dan vaak slimmer om minder risicovol te beleggen, dan wanneer je belegt voor iets dat niet noodzakelijk is. Bijvoorbeeld om een wereldreis te kunnen maken, of een tweede woning te kopen. De noodzaak van je doel bepaalt dus hoeveel risico je kan nemen.
Je beleggingshorizon bepaalt de periode waarin je je beleggingsdoel wil halen. Hoe langer je de tijd hebt om te beleggen, hoe meer risico je kan nemen. Beleg je om je pensioen aan te vullen? Dan heb je vaak een ruime beleggingshorizon. Je kan daardoor in het begin wat risicovoller beleggen. Kom je dichter bij je pensioen? Dan bouw je het risico af. In het begin heb je namelijk meer kans om eventuele verliezen goed te maken. Maar vlak voor je pensioen wil je natuurlijk niet het risico lopen dat je alles verliest. Deze manier van beleggen wordt ook wel lifecycle-beleggen genoemd.
Heb je een pensioentekort? Dan kan je met beleggen je tekort aanvullen. Bij een aantoonbaar pensioentekort kan je vaak ook beleggen met een belastingvoordeel. Je kan je inleg dan aftrekken van je inkomstenbelasting bij je belastingaangifte. Hier zit wel een maximum aan: je jaarruimte. Ook hoef je over het opgebouwde vermogen dan geen belasting te betalen. Dit vermogen staat vast tot je AOW-leeftijd. Vanaf dat moment kan je er een pensioenuitkering van aankomen. Er wordt dan periodiek een bedrag uitgekeerd. Je betaalt daar nog steeds inkomstenbelasting over, maar vaak wel een lager belastingtarief.
Goed om te weten: ook als je geen pensioentekort hebt, kan je soms beleggen met een belastingvoordeel. Denk bijvoorbeeld aan groene beleggingen. Blijft de waarde van je beleggingen onder een bepaald bedrag? Dan hoef je daar geen vermogensbelasting over te betalen. Daarnaast heb je ook recht op een extra heffingskorting. Meer weten? Kijk voor meer informatie op de website van de Belastingdienst.
Wil je zelf aan het stuur zitten? Dan doe je dit bij een broker. Een broker is een financiële instelling waar je zelf kan handelen in financiële producten. Je kan beleggen in aandelen, indextrackers of beleggingsfondsen. Je bepaalt zelf waarin je gaat beleggen. Je moet daarbij natuurlijk wel een plan hebben. Bijvoorbeeld wat voor kapitaal je wil bereiken en hoe lang je wil beleggen. Houd daarbij rekening met de kans dat je geld kan verliezen door dalende koersen. Op deze pagina vind je meer informatie over zelf beleggen.
Wil je beleggen, maar heb je geen kennis, tijd of zin om dit zelf te doen? Dan kan je het beleggen ook overlaten aan (vermogens)beheerders. Dat heet beheerd beleggen. Deze manier van beleggen is een stuk gemakkelijker, omdat je zelf geen moeilijke beslissingen hoeft te nemen. Ga je beginnen met beleggen? Dan is dit een goede keuze. Een vermogensbeheerder doet zijn best om het afgesproken doel te behalen. Er zijn veel online vermogensbeheerders waar je kan beleggen in standaard (risico)profielen. Op deze pagina lees je meer over beheerd beleggen.